Nieuws

VHV Africhting

Duitse Herder.

Herkomst:  De Duitse Herdershond is van origine een herdershond voor het hoeden van schapen. Nog steeds vinden in Duitsland jaarlijks kampioenschappen voor hoedende Duitse Herdershonden plaats. Het motto van Von Stephanitz, de oprichter van de Verein für Deutsche Schäferhunde (1899) was: ´geschiktheid voor het werk is het enige criterium voor schoonheid´. Met dit kynologische concept, dat voortbouwde op de werkeigenschappen, van het ras, legde hij de basis voor het meest geliefde ras ter wereld.

Algemeen voorkomen: Draverslichaam, middelgroot, licht gestrekt, krachtig en goed gespierd. De knoken zijn droog en de totaalstructuur is vast.

Schofthoogte: reuen 60 - 65 cm; teven 55 - 60 cm

Gewicht: reuen 30 - 40 kg; teven 22 - 32 kg

Vacht: De correcte beharing voor een Duitse Herder is stokharig of langstokharig met onderwol. De kleuren zijn zwart, grauw, zwart met roodbruine, bruine, gele tot helgrauwe aftekening; vaak een zwart zadel. Wit is niet toegestaan. Vanaf 1 januari 2011 is ook de langstokhaar variëteit erkend.

Gebruik: Veelzijdige gebruikshond die als helper voor de mens nuttige taken verricht als herdershond, lawinehond, blindengeleidehond, speurhond, waak- en verdedigingshond, politiehond. De Duitse Herdershond is daarnaast geschikt als gezinshond.

Gezondheid: Fokdieren worden voor het fokken onderzocht op heupdysplasie en elleboogdysplasie. Een vastgelegd DNA-profiel van de fokdieren is wenselijk.

Aard: Veelzijdige, intelligente, leergierige, actieve hond. Gewenst is een evenwichtig, zelfverzekerd, absoluut onbevangen en (zonder prikkeltoestand) volkomen goedaardig karakter. Belangrijk is dat de hond goed gesocialiseerd wordt en van zijn baas een conseqente opvoeding krijgt.

Bijzonderheden: Regelmatig kammen en borstelen, tijdens de rui is een ´herderhark´ handig